De derde helft bestaat niet – Harry Zevenbergen

Ik ben er erg op gesteld dat dingen kloppen rekenkundig gezien. Zo heb ik me mateloos geërgerd aan het feit dat er drie halve finales waren van de 100 meter. Heb je wel eens drie helften proberen te eten van een taart. Na twee staar je geheid naar een leeg bord. Ik heb geen idee welke IOC idioot dat bedacht heeft; drie halve finales. Iedereen met ook maar een beetje gezond verstand weet dat alles twee helften heeft. Dat ontkennen is hetzelfde als beweren dat de zwaartekracht ook maar een mening is en dat jij als je dat zou willen best omhoog zou kunnen vallen. Wanneer er meer delen zijn wordt er over kwarten gesproken, over periodes, over sets. Niet over helften. Maar goed dat hoef ik jullie niet uit te leggen.

Ook zoiets zijn sporters die zich voor 200% hebben ingezet voor een topprestatie. Dat klinkt heel ijverig en positief hoor. Het probleem is alleen dat100% alles is, meer dan dat kun je er dus ook niet uithalen. Het is als mensen die het hebben over meerdere heelallen. Heelallen is geen woord en dat is niet voor niets. Of mensen die over zichzelf in de Wij-vorm spreken of met dubbele tong spreken.
Wiskundig klopt daar niets van.

Terug naar die honderd meter. Iets wat je ook vaak hoort is dat ieder record tijdelijk is en dat het altijd harder kan. Ik geloof best dat het allemaal nog sneller kan op die 100 meter. Maar eens houdt het op en waar dat is weet niemand, wat wel zeker is dat nooit iemand de 100 meter harder zal lopen dan in 0 seconden. Dat zou namelijk betekenen dat je op het moment van de start de finish al gepasseerd bent. Dat zou namelijk betekenen dat je op het moment van het startschot de finish al gepasseerd bent. Zelfs bij een afstand van 0 meter is dat onmogelijk. Al lijkt de 0 meter me wel een mooi nummer, eens zien of die Ursain Bolt me bijhoudt.

Soms laat ik mijn cijferirritaties niet mijn plezier bederven. Zo liepen de tranen me over de wangen bij de afgrijselijke spannende finale rekstok. De een na de andere oud wereld of Olympisch kampioen een score neerzette die bijna niet te overtreffen was. Maar bijna niet is niet helemaal niet en dus draaide, slingerde, sprong Epke Zonderland naar een score van 16.533. Bijna hoge score denk ík aan 19.533 of 9.533. 16.533 doet geen recht aan wat ik zag, wat miljoenen zagen en wat in de zaal beloond werd met een staande ovatie. Lang voor de jury kwam met de cijfers had het volk al besloten dat dit een 10 was. Met een griffel. Deze gedachten smoorden in mijn tranen. Turnen kan soms pure schoonheid zijn.

 

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink .

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s